Er is een documentaire op L1, een herhaling van een film van Hans Heijnen, Laila, de titel verwijst naar de jukeboxhit uit 1960 van Bruno Majcherek und sein Regento Stars. Omdat Majcherek op 29 september jongstleden overleed, staat er een herhaling op de rol. Hij was een echte Koelepiet, d’r Bruno, mijnwerker-zanger van Poolse afkomst, zijn taal twijfelde tussen Heerlens plat en Duits. Zijn Nederlands bleef aangeleerd klinken.

Mijn moeder, bij wie ik op bezoek ben, zegt ‘Daar heb ik vroeger met je vader vaak op gedanst.’ Ik wilde de film wegklikken, want ik had hem al gezien. Ik blijf hangen. Ik ken het nummer ‘Laila’ niet, herken het zelfs niet van de eerste keer dat ik de film zag, er is niets van blijven hangen. Nu brandt het zich meteen in mijn geheugen, charmezanger Majcherek etst de melodie en de tekst met zijn rokerige Duitse pornostem in mijn hersens, het is een beetje een schuin liedje, oh-la-la op zijn Duits, over een meisje van lichte zeden en een legionair, liefde en dood, wellust en pijn, één kus, één nacht – ach, het leven, enz.

De film is, zoals alle films van Heijnen, mooi en droevig tegelijk. Een verhaal van oude vriendschap (mijnwerkers, muzikanten), bedrog (geld) en een voorzichtige verzoening: geef Heijnen een verhaal en hij punnikt er zo lang aan dat de draadjes op den duur zichtbaar worden. Ik voel me altijd helemaal gesticht, na afloop; en deze keer is er ook weemoed, zeer goed verklaarbare weemoed: ik zie mijn ouders dansen, de tango, op de klanken van Bruno en zijn Regento Stars, ze schuifelen door de feesttenten en danszalen van Midden-Limburg, begin jaren zestig. Straks gaan ze trouwen, maar nu hebben ze nog verkering.

[youtube https://www.youtube.com/watch?v=RNJPJ1pbA5s]