- vanaf 11 juni 2020 -

Auteur: Hans van Willigenburg (Pagina 1 van 2)

Bestseller ‘DE DOMHEID REGEERT’ bestrijdt simplisme met simplisme

Het de winkels uit vliegende boek ‘De domheid regeert’ van Sander Schimmelpenninck is, zoals een sticker op de voorflap trots vermeldt, een ‘lekker betoog’. Met die kwalificatie heb je meteen het sterkste deel van het boek te pakken. Als iemand in Nederland in staat is het populisme op een raillerende manier te beschrijven en genadeloos de fouten en inconsistenties aan te wijzen in de uitspraken van politici die in zijn ogen verdacht zijn, is het Schimmelpenninck. Met zijn ‘lekkere betoog’ bedient hij een grote groep mensen die minder welbespraakt zijn dan Sander Schimmelpenninck zelf en die, net als hij, menen te zien dat grofheid, leugens, intimidatie en, ja, in hun ogen domheid, terrein winnen in het publieke debat. Sander geeft het hele boek vol gas! Het betoog zakt nergens in. Hij heeft de ene kogel nog niet afgevuurd of de volgende is alweer onderweg, te beginnen bij het onder vuur nemen van de door hem meest gehate journalist van Nederland, Wierd Duk. En daar komt dan nog bij dat hij de indruk wekt dat ergens, in een vrij recent verleden, is besloten om het gezonde verstand en de rede het raam uit te gooien om de domheid daarvoor in de plaats te zetten. In de ondertitel staat niet voor niets het woord ‘opzettelijk’. Met andere woorden: die domheid is geen sluipend virus zonder herkomst, nee, het is bewust georkestreerd door iets of iemand. Lees verder

‘De neef van Wittgenstein’: opnieuw een weergaloze Bernhard

De vraag of het verstandig is of nut heeft een roman te recenseren van een schrijver die in de top van je top-10-lijstje favoriete auteurs staat, laat ik, als dat mag, even links liggen. Zelfs bij het ter hand nemen van een boek van die schrijver, Thomas Bernhard, gelooft u dat nou maar, doe ik mijn uiterste best er volkomen ‘blanco’ aan te beginnen. Vergeefs, dat zeg ik erbij. Want Bernhard heeft meestal genoeg aan een zin, namelijk de beginzin, om mij volkomen in te palmen, zo ook bij de net vertaalde roman De neef van Wittgenstein, een vriendschap. Wat overigens geen bewijs is dat ik me onvoldoende verzet heb tegen Bernhard’s onweerstaanbare beginzinnen en niet tot het gaatje ben gegaan in het mij wapenen tegen zijn literaire talent. Lees verder

‘De clan van Orbán’ is noodzakelijk & lekker

Sommige boeken hebben weliswaar allerlei kwaliteiten, maar moeten helaas, om redenen die buiten het boek omgaan, toch vooral worden geroemd om hun noodzakelijkheid. Zo’n boek is De clan van Orbán van Hongarije- en EU-correspondent Tijn Sadée.

Het zou iedereen in Nederland deugd moeten doen dat dit boek er is. Al was het maar omdat we in de nieuwsmedia voortdurend over de nieuwste manoeuvres van de Hongaarse premier, bijna steevast in afkeurende zin, worden bijgepraat, zonder dat we enig idee hebben uit welke koker die als sabotage opgevoerde manoeuvres tevoorschijn komen. Dat probleem wordt door Sadée’s boek definitief opgelost. Hij beschrijft stapje voor stapje hoe de twintiger Orbán eind jaren tachtig, na de val van De Muur, verwikkeld raakt in een strijd om de macht en bereid is elk soort standpunt in te nemen en elk soort sentiment aan te wakkeren als hij meent dat het hem helpt de absolute top van de Hongaarse politiek te bereiken. Lees verder

Totale mismatch met ‘Beneden in het dal’ van gevierde Paolo Cognetti

Een boek dichtslaan kan samenvallen met het moment dat je tegen jezelf zegt: ‘Het zal niet slecht zijn. Maar aan mij ging het voorbij.’ Dat is wat ik tegen mezelf murmelde toen ik, op aanraden van een super coole vriendin, de nieuwe roman Beneden in het dal van de Italiaanse succesauteur Paolo Cognetti (1978) ter hand nam en het vrij snel daarna uitlas. Ook na lezing van zijn doorbraakroman, De acht bergen, werd ik bezocht door zo’n zelfde type onverschilligheid. Omdat ik in zekere zin voor de tweede keer een vergeefse poging deed enthousiast te raken over Cognetti en informatie over het niet-ontstaan van een klik tussen lezer en auteur ook belangrijke informatie kan bevatten, hierbij een korte beschrijving van het blauwtje dat ik bij Cognetti liep, en hij bij mij. Lees verder

ROXANE VAN IPEREN Maakt van broddelig essay een nóg broddeligere theatershow

Roxane van Iperen, 2018. © Jan Willem Kaldenbach

Na 133 afleveringen van De Nieuwe Contrabas podcast is de grootste miskleun die ik in drieënhalf jaar tijd, als dienstdoende lezer, heb opengeslagen ongetwijfeld het essay ‘Eigen welzijn eerst’ van Roxane van Iperen. Zelden heb ik zo hysterisch en tegelijk zo zwak onderbouwd betoogt zien worden dat yoga-ende dames voortaan met wantrouwen bekeken moeten worden. Want, als ik Roxane goed begrijp, sluiten zij zich via dat yoga op een afkeurenswaardige manier af van de buitenwereld, terwijl diezelfde buitenwereld, vindt opnieuw Roxane, juist sterk verbeterd moet worden. Het doen van yoga-oefeningen is, in de maffe denktrant van Van Iperen, uiting van een diep geworteld (en zeer te verwerpen) geloof dat er eerste- en tweederangsburgers bestaan, waarbij zij ‘het zoeken naar jezelf’ of naar ‘een zuiverder jij’ zo’n beetje gelijk stelt aan fascisme. Als u niet gelooft dat van Iperen – die zeker bij progressieve media een bepaalde status geniet – deze louter associatieve gedachten op een charlatan-achtige manier aan elkaar lijmt en er applaus mee oogstte, raad ik aan het boekje ‘Eigen welzijn eerst’ zelf aan te schaffen. Lees verder

Hoe Hans evolueerde tot een efficiency eisende podcast-lezer

Als gastheer van een wekelijkse podcast over nieuw verschenen literatuur, om precies te zijn De Nieuwe Contrabas podcast, leef ik sinds enkele jaren vrijwillig onder een bepaalde ‘leesdruk’. De boeken die ik wekelijks met Chrétien Breukers bespreek móeten immers, als de geluidsopname voor de podcast gaat lopen, gelezen zijn? Nu is de hoofdreden om de betreffende podcast te maken – en denkelijk geldt dit ook voor Chrétien – een niet aflatende honger om boeiende, spitse, levendige en verrassende literatuur als eerste, of bijna-eerste, onder ogen te krijgen en van hopelijk zinnig commentaar te voorzien. En die honger neemt in mijn geval gelukkigerwijs ook niet af. Maar, zo moet ik tevens melden, er dreigt zich wel een eis aan literatuur naar voren te dringen waar ik vroeger mijn neus voor zou hebben opgetrokken, en dat is de eis dat de literaire schrijver in een bepaalde mate gevoelig is voor – houd je vast voor deze kantoorterm! – efficiency. Lees verder

Hans van Willigenburg sleept twee boeken mee naar leesjaar 2024

Uit de melee van boeken die ik in 2023 voor De Nieuwe Contrabas podcast heb gelezen, springen er twee uit. Dit heeft niet zozeer met een smaakoordeel te maken (helemaal niet zelfs, denk ik), maar met de onverwachte weerstand die deze boeken blijken te bieden bij mijn poging om het nieuwe leesjaar, voor zover mogelijk, in een frisse (blanco) stemming te beginnen. De twee eruit springende boeken zitten die stemming, kortom, in de weg: ze hebben zich stilletjes een plekje verworven tussen mij en de gewenste opgeruimdheid. En in plaats van daar narrig over te zijn, gebiedt de eerlijkheid mij te zeggen dat het een kwaliteit van die twee boeken is dát ze me in de weg zitten. Het zijn als het ware twee breedgeschouderde grenssoldaten. Ze laten zich niet opzij zetten. ‘U komt het gebied van de Opgeruimdheid niet in,’ zeggen ze onvermurwbaar. 

De twee boeken waarover ik spreek zijn Niet niks van Hiske Dibbets (ondertitel: Een jaar met de dood op mijn hielen) en Ik schrijf u vanuit Moskou van Alexander Snegirjov (ondertitel: Een verboden dagboek). Hoe kan dat nou? Doorgaans vind ik memoires en dagboeken algauw stomvervelend, op het randje van pedant. Maar Dibbets en Snegirjov zijn erin geslaagd de negatieve kant van het genre – de extreme focus op het eigen gevoelsleven, de net iets te koket onthulde, persoonlijke ontboezeming – volledig uit te roeien. En wat zij ervoor in de plaats zetten is me dus kennelijk, in de drukte van het vele lezen, bijgebleven. Lees verder

Hans van Willigenburg ging naar de Nacht van de Poëzie

Vraag me niet in welk jaar, maar ik ben óóit eerder op de Nacht van de Poëzie geweest. Geloof ik. In mijn herinnering liep ik in de wandelgangen vooral langs uitgestalde waar van kleine, sympathieke uitgeverijtjes, die bundels aanboden die nooit in aanmerking zouden komen voor het prijzencircus maar kennelijk dankzij de goedhartige bui van een uitgever de weg naar publicatie hadden mogen afleggen (eventueel geholpen door een financiële bijdrage van de dichter in kwestie).

In het kader van De Nieuwe Contrabas podcast leek het me aardig weer eens een kijkje te nemen, ook al waarschuwde compagnon Chrétien Breukers me vooraf dat dit jaarlijkse gebeuren, in zijn niet mis te verstane bewoordingen, ‘verschrikkelijk’ is. Ik liet me zelfs verleiden in een gewone toegangskaart te investeren, omdat het perstraject me algauw als te omslachtig (omgeven met voorwaarden en plichtplegingen) voorkwam. Lees verder

TOP-5 Hans van Willigenburg, na 80 afleveringen De Nieuwe Contrabas podcast

Emy Koopman Tekenen van het universum Top-5 Hans van Willigenburg De Nieuwe Contrabas podcastOm mijn geheugen wat te ordenen stel ik na tachtig afleveringen van De Nieuwe Contrabas Podcast een top-5 samen, voor mezelf in de eerste plaats, maar ook voor onze luisteraars en toevallige passanten op deze site. Het is een top-5 van boeken die de afgelopen twintig maanden, als beroepslezer voor de podcast, het meeste indruk op mij hebben gemaakt. Per boek poog ik in enkele zinnen aan te geven waarom het er uitsprong voor mij. De gekozen titels staan in een willekeurige volgorde. Lees verder

« Oudere berichten

© 2024 De Nieuwe Contrabas

Thema gemaakt door Anders NorenBoven ↑